Bijbelstudie | Leven met grenzen
Gepubliceerd op 2020-11-11
In de gebroken en onvolmaakte wereld zijn grenzen soms pijnlijk.
Lezen: Mattheus 14 : 14 - 23
Inleiding
Jezus heeft als Mens op aarde het lijden door bijvoorbeeld ziekte en handicaps voluit gezien en meegekregen. Vaak heeft Hij mensen geholpen en genezen. Hij leed aan de gevolgen van de zonde en moest er dagelijks mee om gaan. Zelf heeft Hij ook geleden en wist Hij als Verlosser dat het paradijs op aarde pas later zal komen. Hij verhielp de gevolgen van de zonde niet maar droeg ze Zelf op weg naar de totale verlossing.
Kern
Als Jezus mensen ziet in ongeloof of lijden is Hij betrokken. Met een vermaning of Zijn verkondiging geeft Hij onderwijs. Als Jezus lijden tegenkomt, ziet Hij mensen staan. In vers 14 staat dat treffend: “En Jezus uitgaande, zag een grote schare, en werd innerlijk met ontferming over hen bewogen, en genas hun kranken.”
Hij ziet en wordt innerlijk geraakt en met gevoelens van ontferming bewogen. Dat is Jezus de Heiland. Heilen is het oude woord voor helen. Hij heelt als Heiland. Dat kan Hij doen door iemand te genezen. Het kan ook door moed en kracht te geven om pijn, moeite en verdriet te dragen.
Ook nu neemt Jezus ons kruis niet altijd van ons weg. Grenzen in gezondheid of fitheid kunnen veel moeite en verdriet geven. Een handicap is vaak levenslang. En toch is Hij de Heiland. Hij ziet het en is er bij. Dat is tot troost en daadwerkelijk ook om kracht uit te ontvangen. Zijn betrokkenheid en hulp maken het leven in het aardse tranendal toch mogelijk. Daar mogen we elkaar op wijzen. Ook als we Zijn weg niet goed kunnen begrijpen. Hij kan en wil zorgen voor dagelijks brood.
Slot
We kunnen van Jezus ook leren dat Hij na het weldoen en geven van zorg de rust op zoekt om te bidden. Hij zocht de omgang met Zijn Vader en had het nodig om met Hem alleen te zijn. In een wereld vol nood, nam Christus de tijd en ruimte om te bidden. Daarin laat Hij ons een belangrijk voorbeeld na.
Zingen: Psalm 147
2 Hij heelt gebrokenen van harte,
En Hij verbindt z' in hunne smarte,
Die, in hun zonden en ellenden,
Tot Hem zich ter genezing wenden.
Hij telt het groot getal der starren,
Die 't scherpst gezicht op aard' verwarren;
Hij roept dat talloos heir te zamen,
En noemt die alle bij haar namen.
3 Zeer groot is onze HEER', vol krachten;
Onpeilbaar diep zijn Gods gedachten;
Daar Zijn verstand, nooit af te meten,
Ver overtreft al wat wij weten.
Zachtmoedigen wil Hij bewaren,
Hij houdt ze staand' in hun gevaren;
Maar goddelozen doet Hij bukken,
Bezwijken onder d' ongelukken.
7 Hij wil in gunst uw heil bewerken,
De grendels uwer poorten sterken,
En zegent in uw land uw kind'ren;
Hij doet geen krijg uw wasdom hind'ren;
Hij deelt den liefelijken vrede,
Zelfs aan Uw verste grenzen mede;
Met vette tarw' wil Hij u spijzen,
En kronen met Zijn gunstbewijzen.
Bidden voor:
- Bid voor het gekwetst leven. Bid specifiek voor slachtoffers van misdaden door mensen hen aangedaan.
- Bid voor mensen die lijden door ziekte of een lichamelijke of verstandelijke beperking.
- Bid voor de hulpverleners, mantelzorgers en artsen om wijsheid in het geven van de juiste behandeling.
- Belijd schuld dat de gevolgen van de zonde onze schuld zijn.
- Belijd dat we zo vaak ongeduldig of opstandig zijn.