Terug naar Kennisbank

Omgaan met verschillen

Gepubliceerd op 2021-09-08

Dialoog

Jezus zeide tot haar: Ik ben het, Die met u spreek. (Joh. 4:26)

IJzer scherpt men met ijzer; alzo scherpt een man het aangezicht zijns naasten. (Spr. 27:17)

Als je het niet eens bent met iemand anders, kan het best ingewikkeld zijn om samen daarover te praten. Zeker als iemand heel anders is dan jijzelf. Als iemand heel anders denkt en praat als jij, hoe kun je dan met elkaar in gesprek? In de Bijbel lezen we daar een mooi voorbeeld van. Als de Heere Jezus moe bij een waterput gaat zitten, komt er ineens een vrouw water halen. Zodra Jezus haar vraagt of ze water voor Hem wil putten, ontstaat er een gesprek. De Heere Jezus en deze Samaritaanse vrouw zijn heel verschillend. Joden en Samaritanen hebben een hekel aan elkaar. Men loopt met een grote boog om elkaar heen. De Joden vinden dat de Samaritanen niets van het geloof begrepen hebben. Ze aanbidden God zelfs op de verkeerde plek! Op de berg Gerizim, terwijl iedereen weet dat je God alleen echt kunt aanbidden in Jeruzalem. In onze tijd zouden ze zeggen dat de Samaritanen lid zijn van de verkeerde kerk. Joden en Samaritanen dachten er niet eens aan om bij elkaar te gaan eten. Dat was onbestaanbaar.

En toch, daar zit de Heere Jezus en Hij praat met deze vrouw. Twee hele verschillende mensen, en toch een gesprek. Hoe kan dat? Ook al zijn ze heel verschillend, de Heere Jezus neemt deze vrouw serieus. Hij ziet haar voor wie ze is en Hij laat zich niet leiden door allerlei vooroordelen. Dat is het eerste. Maar Jezus doet nog iets. Hij stelt haar directe vragen en luistert naar wat ze zegt. Hij is ook eerlijk tegen haar. Hij heeft het goede met haar voor. Jezus geeft ons het goede voorbeeld. Als je in gesprek gaat met iemand anders, laat je dan niet leiden door vooroordelen. Luister naar wat de ander zegt en vraag door. Wees eerlijk. En behandel de ander met respect en vriendelijkheid. Dan is een gesprek waardevol voor jullie allebei. Dat is ook wat je in de tweede Bijbeltekst leest. Als twee mensen met elkaar praten, naar elkaar luisteren en elkaar proberen te begrijpen, dan help je elkaar verder.

Gelijkwaardig

En heeft uit énen bloede het ganse geslacht der mensen gemaakt, om op den gehelen aardbodem te wonen. (Hand. 17:26a)

Toen de apostel Paulus in de stad Athene het Evangelie preekte, raakte hij in gesprek met de filosofen van de stad. Deze filosofen waren een soort wetenschappers die met elkaar nadachten over hoe de wereld in elkaar zat. Hij wordt uitgenodigd om voor een hele grote groep filosofen, juristen en andere wetenschappers uit leggen wat het Evangelie is. Het is goed als we altijd klaar staan om de boodschap van de Bijbel uit te leggen. Als Paulus de grote debatzaal (de Areopagus) wordt binnengebracht, gaat hij vertellen. Hij vertelt dat de stad Athene vol staat met grote tempels voor allerlei goden, maar dat er ook een tempel is voor de onbekende god. Deze God is de God van de Bijbel die de mensen van Athene nog niet kennen. Paulus vertelt dat die God alles gemaakt heeft. Ook de mensen zijn door de HEERE geschapen. Dat betekent dat we allemaal familie van elkaar zijn.

Kijk jij wel eens op andere mensen neer? Of ben je misschien wel eens bang voor iemand, omdat hij of zij er zo anders uitziet dan jijzelf? Misschien vindt je het wel spannend dat er jongetje bij jou op school is die in een rolstoel zit. Of vind je dat meisje met die grote bril een beetje vreemd. Denk er dan maar aan dat God alle mensen heeft gemaakt. Dat betekent dat elk mens hetzelfde waard is. Iedereen is even waardevol. Dat noemen we gelijkwaardig. Het betekent ook dat niemand beter of slechter is dan iemand anders. Natuurlijk zijn er grote criminelen en hele nette mensen die nog nooit iets verkeerds hebben gedaan. Maar uiteindelijk zijn we allemaal zondige mensen die allemaal de Heere Jezus nodig hebben.

Verdraagzaam

Maar de tong kan geen mens temmen; zij is een onbedwingelijk kwaad, vol van dodelijk venijn. Door haar loven wij God en den Vader, en door haar vervloeken wij de mensen, die naar de gelijkenis van God gemaakt zijn. Uit denzelfden mond komt voort zegening en vervloeking. Dit moet, mijne broeders, alzo niet geschieden. (Jak. 3:8-10)

Met alle ootmoedigheid en zachtmoedigheid, met lankmoedigheid, verdragende elkander in liefde; (Ef. 4:2)

Vrijheid van meningsuiting is in Nederland heel belangrijk. Dat betekent dat je de vrijheid hebt om dingen te zeggen of te vinden zonder dat je bang hoeft te zijn voor de gevolgen. Soms worden er dingen gezegd of gedaan die andere mensen pijn of verdriet doen. In Nederland hebben we met elkaar afgesproken dat dit mag. Maar een christen kan hier niet zomaar in meegaan. Het is niet goed als we met onze woorden anderen pijn doen. Dat staat ook in de Bijbeltekst hierboven. Jakobus zegt dat de tong net een soort wild dier is dat je niet kunt temmen. Je kunt met je tong goede dingen en ook slechte dingen doen. ’s Ochtends heb je misschien nog ruzie gehad en allerlei lelijke dingen gezegd. ’s Middags zit je aan tafel en bid en dank je God voor het eten wat je hebt gekregen. Je voelt wel aan dat dit niet zomaar samen kan gaan.

God zegt in de Bijbel dat we verdraagzaam moeten zijn. Dat betekent dat we niet overal op reageren. Ook niet als iemand lelijke dingen over jou zegt. Verdraagzaam zijn is dat je geduld hebt en niet direct iets terugroept. Want Jakobus zegt er iets bij: mensen zijn naar de gelijkenis van God gemaakt. Dat betekent dat elk mens een beetje op God lijkt. Daarom moeten we respect hebben voor elkaar. Hoe doe je dat precies? Dat staat in het tweede Bijbelgedeelte. Als eerste staat er dat we ootmoedig moeten zijn. Dat betekent dat we ons nederig opstellen tegenover anderen en niet direct op onze strepen gaan staan. Daarnaast is het belangrijk dat we vriendelijk zijn voor anderen. Ook als ze vervelend tegen jou doen. De Bijbel noemt dat zachtmoedigheid.

Wat kan het soms moeilijk zijn om zo met iemand om te gaan. Als je soms niet goed weet of je het wel kunt, kijk dan eens naar de Heere Jezus. Toen Hij uitgescholden werd, zei Hij niet iets terug, maar Hij ging bidden voor de mensen die Hem uitscholden. Als je het moeilijk vindt om verdraagzaam te zijn, bid dan of de HEERE je kracht wilt geven om net zoals de Heere Jezus te zijn.

Reflectie

En zijt daders des Woords, en niet alleen hoorders, uzelven met valse overlegging bedriegende. (Jak. 1:22)

Reflecteren is nadenken over jezelf. Door te reflecteren leer je jezelf beter kennen. Reflecteren doe je door jezelf vragen te stellen. Er gebeurt bij voorbeeld iets vervelends. Daardoor wordt jij heel verdrietig. Je kunt dan zoveel dingen voelen dat het lastig is om na te denken over wat er precies gebeurde. Het kan helpen om dan te reflecteren. Dit doe je door jezelf de volgende vragen te stellen: ‘Wat gebeurde er eigenlijk? Wat deed ik precies? Hoe komt het dat ik dat deed? Wat voelde ik daarbij? Wat zou ik een volgende keer anders doen?’ Door jezelf deze vragen te stellen leer je jezelf beter kennen. Je leert hoe je om kunt gaan met allerlei verwarrende gevoelens. Zo help je niet alleen jezelf. Je kunt beter begrijpen waarom anderen iets doen. Want als je jezelf kent, dan kun je ook beter omgaan met verschillen.

De Bijbel zegt ook iets over reflecteren. Jakobus schrijft dat er mensen zijn die Gods Woord horen, maar er niets mee doen. Dan bedriegen ze zichzelf. Ze denken dat alleen horen genoeg is. Maar dan kennen ze zichzelf niet. Ze hebben niet over zichzelf nagedacht. Ze hebben niet gereflecteerd. Het is hetzelfde als jij alleen maar aanhoort dat de juf, meester of docent uit de Bijbel vertelt dat we onze naasten moeten liefhebben en jij vervolgens op het schoolplein alsnog dat andere kind gaat pesten. Nadenken over jezelf betekent ook dat je nadenkt of je leeft zoals God dat van je vraagt.

Volg ons op Instagram voor inspiratie tijdens je koffiepauze.

Volg ons: rmu.nu