Welke rol heeft de OR bij de meldregeling klokkenluiders?
De Wet Huis voor klokkenluiders is aangepast en heet nu de Wet bescherming klokkenluiders (WBK). Als gevolg van de nieuwe EU-richtlijn zijn de eisen aan de interne meldprocedure veranderd. Dit betekent dat de meldprocedure aangepast moet worden. Met ingang van 17 december 2023 moeten organisaties met ten minste 50 werkzame personen een interne meldprocedure inrichten of aanpassen.
De nieuwe of aangepaste procedure moet door de bestuurder worden voorgelegd aan de OR. De OR heeft namelijk instemmingsrecht bij de invoering, wijziging of intrekking van een klokkenluidersregeling (artikel 27 lid 1 m van de Wet op de ondernemingsraden.
Als de organisatie nog geen meldprocedure heeft, of de meldprocedure voldoet niet aan de wet, dan kan de OR een verzoek indienen bij de kantonrechter om een termijn te bepalen waarbinnen de bestuurder alsnog moet voldoen aan zijn verplichtingen.
In hoeverre zijn vergaderingen openbaar en toegankelijk voor werknemers?
In beginsel is het OR-werk openbaar. De OR is een democratisch verkozen orgaan, door medewerkers van de organisatie. De principes van de OR zijn gebaseerd op openheid en transparantie. Op grond van artikel 23a van de Wet op de ondernemingsraden (WOR) moeten de agenda en het verslag van de overlegvergadering bekend gemaakt worden bij de in de onderneming werkzame personen.
Echter, op basis van artikel 20 van de WOR hebben OR-leden een verplichting tot geheimhouding van alle zaken- en bedrijfsgeheimen die zij in hun hoedanigheid als OR-lid vernemen.
De WOR zegt niets over de toegankelijkheid van de vergaderingen. Het is mogelijk om werknemers deel te laten nemen aan de vergaderingen. Er kunnen praktische bezwaren zijn waardoor gekozen wordt voor een besloten karakter van de vergaderingen.
Zo zijn vergaderingen vaak onder werktijd en werknemers moeten dan in hun werktijd ruimte hebben om deze bij te wonen. Werkzaamheden moeten toelaten of werknemers deel kunnen nemen aan de vergadering.
Daarnaast kunnen er vertrouwelijke zaken of zaken onder geheimhouding besproken worden. Bij deze overleggen mogen werknemers niet zijn, aangezien de geheimhouding van artikel 20 geldt voor OR-leden.
Leden van de OR zullen met elkaar én de bestuurder in gesprek moeten over het wel of niet openbaar maken van de vergaderingen.